Inritbanden 75x20x50 vl
De getoonde tekeningen zijn illustratief.
Hieraan kunnen geen rechten worden ontleend Modeltekening
Hieraan kunnen geen rechten worden ontleend Modeltekening
Uitvoeringen
afmetingen (cm) | lengte (cm) | uitvoering | gewicht (kg) | sluiting |
---|---|---|---|---|
75x20 | 50 | links | 130,00 | VL |
75x20 | 50 | midden | 130,00 | VL |
75x20 | 50 | rechts | 130,00 | VL |
Toepassingen
Kleuren
Standaard lichtgrijs
Standaard donkergrijs
Standaard zwart
Standaard hardsteen 026
Verwerking
Toe te passen als overrijdbare scheiding tussen rijbaan en trottoir:
• Uitritten met constructiecriterium*
• Uitritten met bestemmingscriterium
Na het uitzetten van de lijnen, dienen de inritbanden geplaatst te worden in stelspecie. Controleer hoogte en lijnen alvorens een steunrug aan te brengen. De steunrug heeft dezelfde breedte als de aansluitende trottoirband. De hoogte hangt af van de aan te brengen bestrating achter de band. Verdicht de rug zoveel mogelijk met een spade of troffel voor optimale sterkte na het uitharden.
NB: in verband met een gemakkelijke overbrugging en afwatering verdient het de voorkeur om de bestrating ter hoogte van de inritbanden zoveel mogelijk op maaiveldniveau te plaatsen.
* Conform CROW publicatie 228 mogen alleen inritbanden met helling 1 : 6 of groter in een uitritconstructie toegepast worden. De breedte van de constructie in het dwarsprofiel bedraagt bij voorkeur 4,50 m of meer.
• Uitritten met constructiecriterium*
• Uitritten met bestemmingscriterium
Na het uitzetten van de lijnen, dienen de inritbanden geplaatst te worden in stelspecie. Controleer hoogte en lijnen alvorens een steunrug aan te brengen. De steunrug heeft dezelfde breedte als de aansluitende trottoirband. De hoogte hangt af van de aan te brengen bestrating achter de band. Verdicht de rug zoveel mogelijk met een spade of troffel voor optimale sterkte na het uitharden.
NB: in verband met een gemakkelijke overbrugging en afwatering verdient het de voorkeur om de bestrating ter hoogte van de inritbanden zoveel mogelijk op maaiveldniveau te plaatsen.
* Conform CROW publicatie 228 mogen alleen inritbanden met helling 1 : 6 of groter in een uitritconstructie toegepast worden. De breedte van de constructie in het dwarsprofiel bedraagt bij voorkeur 4,50 m of meer.
Kwaliteit